1940-1944. Oorlog in het Land van Cadzand.

Op 29 augustus 1939 wordt de algemene mobilisatie afgekondigd. Per 1 september 1939 wordt bij Koninklijk Besluit Nederland in staat van oorlog verklaard.

De Tweede Wereldoorlog begint voor Nederland op 10 mei 1940 om 03.55 uur, als het Duitse leger in Limburg de grens oversteekt. De Marine Kustwacht Post Cadzand meldt al om 03.30 uur bombardementen op de vliegvelden bij Vlissingen en Knokke (zie verslag van Post Cadzand). In de voormiddag verschijnen Franse en Engelse torpedobootjagers in de Wielingen. In de namiddag worden diverse schepen aangevallen door Duitse vliegtuigen.
Michiel Bruinooge, die zojuist een constructiewerkplaats was begonnen, wordt als dienstplichtig militair naar Someren (N-B) gestuurd en sneuvelt daar.
Op 15 mei capituleert Nederland. Franse troepen komen aan in Cadzand. De Nederlandse militairen in Zeeland vechten door tot 17 mei. Op 19 mei geven de Franse militairen het bevel aan de Marine Kustwacht Post Cadzand en het 40ste Regiment Infanterie, die sinds augustus 1939 in Cadzand gestationeerd zijn, om Cadzand te verlaten. Zij wijken uit naar Belgiƫ.
De gloednieuwe auto van garagehouder Anton Kommers wordt gevorderd en in Duinkerken achtergelaten. De Nederlanders worden afgelost door Franse en Belgische(Waalse) troepen. Enkele dagen later trekken ook deze zich terug uit Cadzand. Op hun terugtocht wordt om onduidelijke strategische redenen door de Walen onder andere de wachtsluis in het kanaal van Cadzand opgeblazen.

27 mei 1940 vestigen zich Duitse troepen in Cadzand. De soldaten worden bij dorpsbewoners ingekwartierd. Hotel Du Commerce wordt gevorderd en dient als hoofdkwartier. Eigenaar Sam Masclee opent noodcafé De Trompetter in de Prinsestraat. Alle hotels worden gevorderd voor gebruik als keuken of onderkomen voor (onder-)officieren. Aan het gevorderde hotel Noordzee wordt een uitkijktoren gebouwd. (foto links) Eigenaar Piet Faas vindt onderdak in de Mariastraat. Onder andere Villa Leopold (vanwege de periscoop), hotel Bosduin, het gloednieuwe huis van burgemeester Le Nobel in Cadzand-bad en hofstede De Elzenhof aan de Badhuisweg (het enige huis met stromend water) zijn voor de officieren.

De burgemeester krijgt als eerste opdracht de 20 Nederlandse stellingen in de duinen op te ruimen en de wapens in te leveren. Op de molen van Aalbregtse aan de Badhuisweg wordt afweergeschut geplaatst. De Lagere School wordt opslagplaats van S-mijnen. De kerk wordt school.

(foto links) De kerktoren is waarnemingspost voor de Duitse artillerie 712 Infanterie-division in Terneuzen (KVA A2). Deze staat in rechtstreeks telefonisch contact met het geschut in Terneuzen. Boven de ramen staan op de binnenmuren nog de richtafstanden naar boerderijen, kerken en de watertoren van Oostburg.
(foto rechts) In de tweede helft van 1940 spoelen 4 gesneuvelde militairen aan. Ze worden op het kerkhof begraven.

Op kleine incidenten na, verloopt de bezetting van Cadzand zonder slachtoffers. De Duitse militairen zijn veelal zelf boer en gaan het liefst terug naar hun eigen boerderij. De inwoners die in de voedselvoorziening werken kunnen veelal normaal op het land werken en zijn vrijgesteld van andere werkzaamheden. De Duitsers hebben daar baat bij, omdat ze vanuit het leger slecht of niet bevoorraad worden. De bevolking is daarom voorzichtig met levensmid-delen, want de Duitsers nemen alles in beslag.

(foto links) Op 7 november 1942 bombarderen de geallieerden 't Haventje. De situatie wordt grimmiger. 't Zwin en 't Haventje worden afgesloten met een staalkabel.   Bram Baas brengt zijn vissersboot naar de haven van Breskens. Elke keer wanneer hij met een partij vis naar Cadzand komt, wordt deze op de markt bij de kerk verdeeld door de meest eerlijke inwoner van Cadzand, dominee Jan Talma, bijgenaamd Jan Vis-op-de-markt.

(foto rechts) Aan de Lange Strinkweg bij Basting worden op afstand bedienbare raketten W.G.40 geplaatst . De bouw van bunkers op de duinen is in 1943 gestart.

In 1943 wordt een mijnenveld aangelegd tussen de Noorddijk en de Lange Strinkweg. Het akkerland langs de Ringdijk Noord staat vol met ‘Rommelasperges’. Palen worden in ruitvorm op ongeveer 25 meter afstand van elkaar geplant. Later zouden daartussen draadverbindingen met explosieven worden aangebracht. Deze palen worden Rommelasperges genoemd, naar de Duitse veldmaarschalk Rommel die opdracht tot plaatsing gaf. Ze moeten de landing van geallieerde vliegtuigen, zweefvliegtuigen en parachutisten voorkomen. De mitrailleur op de molen van Aalbrgtse bewaakt het gebied.

Arbeiders uit Oost Zeeuws-Vlaanderen en Vlaanderen en de plaatselijke brandweer worden ingezet om het strand van Cadzand te versperren met Rommelasperges; bovendien wordt het strand vol gelegd met mijnen om eventuele aanvallers de mogelijkheid te ontnemen om aan land te komen.
Het saboteren en vertragen van opgedragen werk gaat heel goed. Veel op en neer lopen met palen en deze uiteindelijk met veel te veel water in het zand plaatsen werkt uitstekend: de volgende dag zijn die palen dan onder het zand verdwenen!
Het begraven van gedemonteerde boerenwagens heeft ook veel effect. Geregeld moet een inwoner naar de Ortscommandant in Oostburg en krijgt dan een straf opgelegd variërend van celstraf tot uitgaansverbod.

De bezetter heeft een zwarte lijst (sabotage lijst) gemaakt van personen uit west Zeeuws-Vlaanderen met leiderscapa-citeiten, om deze in geval van grootschalige sabotage te arresteren, de kruisjes het eerst. Voor Cadzand zijn dit:
.......J. D. Bareman, Hoofd der School, M 86.
xxx J. Leenhouts, gem secr., C55c.
......H. Timmer, arts, W53.
xxx G. Beun, caféhouder, Haven.
xxx P. Faas, caféhouder, Haven.

Aan de Mariaweg (Zuidzandseweg) staat een schijnopstelling van Duitse tanks. Het Badhuis wordt afgebroken, het draaibare 15cm kanon ‘Max de Blaffer’ en 3 vaste kanonnen worden geplaatst. Een enorm bunkercomplex wordt gebouwd op, in en achter de duinen, de Atlantikwall. De aanvoer van materialen gebeurt onder dwang door de S.B.M.

Begin september 1944 komen de geallieerden richting Zeeuws-Vlaanderen. Terugtrekkende Duitse militairen uit de wijde omgeving, die door Cadzand komen, vorderen paarden, wagens en voedsel. De zeesluis wordt opengezet, zodat de Passegeule overstroomt. Zeer tragisch is de executie op 5 september 1944 (Dolle Dinsdag) van vader Abraham en zoon Adriaan Mabelis uit de Strijdersgatpolder, die vrouw en dochter beschermden tegen misbruik door een dolgedraaide soldaat.
In oktober wordt de kust voortdurend gebombardeerd. De inwoners schuilen in hun kelder, de beide molens en diverse landbouwschuren. Er vallen 9 burgerslachtoffers. Veel vee is gedood en ruim 70 huizen, de kerk, de school en een aantal landbouwschuren zijn verwoest. Zelfs het kerkhof kreeg een voltreffer. de molen Nooitgedacht is zwaar beschadigd. Luchtfoto Cadzand 1944.

Op 28 oktober komt het Canadese 14th Field Regiment in Cadzand en neemt de kustverdediging onder vuur. Dat is het sein voor de Duitse militairen in Cadzand-dorp om zich gedurende de nacht terug te trekken naar Knokke.

Op 29 oktober 1944 wordt het verlaten Cadzand officieel bevrijdt door de Canadese infanterie, die uit de richting Nieuwvliet kwam, maar er wordt nog volop weerstand gepleegd vanuit de bunkers in de duinen.


Op 30 oktober zijn de bevrijders zelf het slachtoffer van ‘friendly fire’ aan de Rinddijk-Noord. Vier doden.
De laatste Duitse militairen uit de bunkers aan de kust trekken via de Ringdijk-Noord naar Knokke.