HET KRUSE KERKORGEL
In 1901 besluiten de kerkvoogden der Neder Duitsche Hervormde Gemeente te Cadzand tot de aanschaf van een kerkorgel. Er wordt een prijsopgave gedaan bij de vermaarde orgelbouwer J. F. Kruse (1848-1907) te Leeuwarden.
Deze doet een prijsopgave van 2.400 gulden met een levertijd van een jaar (zie prijsopgave). Bovendien belooft de heer Kruse, bij leven en welzijn het nieuwe orgel bij de eerste godsdienstoefening zelf te bespelen.
Eind 1902 wordt het Kruse orgel opgeleverd.
Het is gebouwd volgens het mechanische sleepladensysteem. Het orgel is een blaasinstrument. Dat betekent dat het geluid in een pijporgel wordt voortgebracht doordat er geperste lucht (in vakkringen ‘wind’ genoemd) door een (aantal) pijp(en) wordt geblazen. De bediening gebeurt mechanisch.
Bij de levering bevat het orgel zeven sprekende registers, prestant 8 voet, bourdon 8 voet, viola di gamba 8 voet, octaaf 4 voet, fluit d'amour 4
voet, quint 3 voet, octaaf 2 voet en aangehangen pedaal.
Het front van het orgel is een fantasieloze, rechthoekige doos.
De capaciteit is in 1902 ruim voldoende voor de inhoud van het kerkgebouw, waarvan het plafond van de noordbeuk 1 meter lager was dan na de restauratie 1931, en een gedeelte van de zuidbeuk afgeschermd was vanwege lekkages door achterstallig onderhoud.
Na de ingrijpende restauratie in 1929-1931 is, door het verhogen van de muren van de noordbeuk, het wijzigen van het vlakke plafond in een tongewelf en de ingebruikname van de gehele zuidbeuk, de inhoud van het kerkgebouw aanzienlijk vergroot. De capaciteit van het Kruse orgel wordt daarom in 1931 aangepast door het vergroten van de blaasbalg door het bedrijf A. Dekker uit Goes. Het rechthoekige front wordt gewijzigd in het huidige front. Achter dit front liggen de originele frontpijpen van het oude orgel. De pijpen op de middentoren zijn werkend, de velden zijn loos.
In 1961 zijn er besprekingen met de firma Koch uit Apeldoorn voor hoogstnoodzakele reparaties aan het orgel. Ingegeven door geldgebrek zijn de reparaties met touw en triplex uitgevoerd. Het orgel wordt uitgebreid met een pneumatische Bourdon 16' die ook van het pedaal bespeelbaar is en een pneumatische Trompet 8'. Het orgel wordt daarmee zowel mechanisch als pneumatisch bediend.
Tussen beide systemen is een verschil in reactietijd van de aangeslagen toetsen. Bovendien moet voor de aanvullende pneumatische bediening de winddruk verhoogt worden, waar het pijpwerk niet op berekend is. De klankkleur wordt er dus niet beter op. Al met al maken beide wijzigingen het bespelen van het orgel extra moeilijk.
Volgens het rapport uit 1996 van de Orgelcommissie Der Nederlands Hervormde Kerk zijn voor een goede orgelvoorziening de volgende mogelijkheden aan de orde:
1. Volledige nieuwbouw van een orgel met ca. tien a vijftien registers.
2. Nieuwbouw met handhaving van de bestaande orgelkas
met een zelfde aantal stemmen.
3. Reconstructie van het oude orgel.
4. Realisatie van een nieuwe structuur met daarin het oude materiaal op
een verantwoorde wijze verwerkt.
5. Aanschaf van een historisch instrument van elders.
6. Aanschaf van een niet monumentaal orgel van elders, al dan niet met
gebruikmaking van het bestaande front.
In alle gevallen zullen de kosten aanzienlijk zijn. Enkele jaren geleden is de stichting Behoud Dorpskerk Cadzand begonnen met diverse activiteiten om restauratie van het Kruse-orgel te kunnen bekostigen.
Momenteel is het Kruse-orgel in onderhoud bij Orgelmakerij Reil B.V. uit Heerde.
Bron:
Koninklijk Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen. archief 1976.
Orgelcommissie der Nederlandse Kerk, rapport 1996.
Boogert-Beeke.nl
Joop Basting
foto's Cadzandgeschiedenis, Bert Voets
|