Braamdijk
Deze hofstede is de oudste van Terhofstede en omgeving. Hoogstwaarschijnlijk heeft op deze plek de eerste hofstede gestaan, waarnaar het dorp genoemd is.
De schuur is gebouwd rond 1650. De planken zijkanten werden later vervangen door stenen muren, het dak kreeg een plaatbedekking in plaats van riet.
De gebintenconstructie bleef van hout. De dorsvloer heeft een toegang boven de mendeuren gekregen. In de mendeuren zien we het 'loket' en het 'uulegat'. De schuur is goed behouden.
Op 28 mei 1754 droegen Jacob Sohier, weduwnaar van Jacoba Masclee, die te voren gehuwd was geweest met Salomon Obijn, en de nagelaten kinderen van Salomon Obijn en Jacoba Masclee de timmer van deze hofstede, staande op pachtland, voor ƒ 990,30 over aan Salomon Masclee, die gehuwd is geweest met Cathalijntje Verdouw. De vrouw overleden 24 februari 1776, de man 8 april 1782.
De erven zijn in het bezit gebleven tot 1787, toen zij de hofstede overgelaten hebben aan hun broeder Clement Masclee, die omstreeks 1798 trouwde met Maria Goedgeluk. Clement Masclee overleed 29 september 1840. Daarna gebleven zijn zoon Jacobus Masclee en Abigail Lijbaart.
In 1870 gebleven hun zoon Jannes Masclee en Suzanna Jozina Risseeuw, die alhier in 1897 een nieuw woonhuis hebben gebouwd en in 1911 zijn opgevolgd door hun zoon Adriaan Abraham Masclee en Suzanna Risseeuw.
Later bewoond door Z. Risseeuw-Masclee. Thans bewoond door derden.
Bron:
De Hofsteden van Cadzand, J. de Hullu, 1928
De hofsteden van Cadzand, Retranchement en Zuidzande, drs. H.A.M. van de Vijver, 1977